Algemeen

Dit geneesmiddel bevat het actieve bestanddeel galantamine. Galantamine behoort tot de klasse van de geneesmiddelen bij alzheimer (acetylcholinesteraseremmers).

Acetylcholine is een neurotransmitter (chemische stof) van de hersenen die betrokken is bij het doorgeven van informatie naar het centrum van het geheugen, het redeneren en andere denkprocessen. Acetylcholinesterase is één van de bestanddelen die de acetylcholine gaat afbreken wanneer de informatie is doorgegeven.

Galantamine vertraagt de afbraak van acetylcholine door acetylcholinesterase. Hierdoor zal de concentratie van acetylcholine in de hersenen verhogen. Dit zal het functioneren van het geheugen bevorderen.

Uw arts kan dit geneesmiddel voorschrijven voor de behandeling van dementiesymptomen (toenemend geheugenverlies, verwardheid en gedragsveranderingen) bij personen waarbij lichte en matig ernstige ziekte van Alzheimer werd vastgesteld.

Gebruik

Hoeveel gebruiken?

Als dit geneesmiddel door uw arts is voorgeschreven, respecteer dan de voorgeschreven dosis en de behandelingsduur.

Tabletten:

De gebruikelijke startdosis is tweemaal daags 1 tablet (= 8 mg per dag).
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis bedraagt tweemaal daags 12 mg (= 24 mg per dag).

Capsules met verlengde afgifte:

Neem NOOIT meer dan 1 capsule met verlengde afgifte per dag.
De gebruikelijke startdosis is éénmaal daags 8 mg.
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis bedraagt éénmaal daags 24 mg.
Tijdens het gebruik van de capsules met verlengde afgifte mag u GEEN tabletten of drank innemen van hetzelfde geneesmiddel.

Drank:

De gebruikelijke startdosering is tweemaal daags 1 ml drank (= 8 mg per dag).
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis is tweemaal daags 3 ml drank (= 24 mg per dag).

Hoe gebruiken ?

Tabletten:

Neem uw dosis tweemaal daags in, 's morgens en 's avonds, met water of een andere vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven. Neem het geneesmiddel dagelijks op dezelfde tijdstippen.

Capsules met verlengde afgifte:

Neem NOOIT meer dan 1 capsule per dag. Neem uw dosis éénmaal daags, 's morgens, in met water of een andere niet-alcoholische vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in.
De capsules moeten in hun geheel worden doorgeslikt. De capsules mogen NIET geopend, gekauwd of geplet worden. Neem het geneesmiddel dagelijks op hetzelfde tijdstip.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven.
Tijdens het gebruik van de capsules met verlengde afgifte mag u GEEN tabletten of drank innemen van hetzelfde geneesmiddel.

Drank:

Neem de drank 's morgens en 's avonds in, met water of een andere niet-alcoholische vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in. Neem het geneesmiddel dagelijks op dezelfde tijdstippen.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven.
Bij de drank zit een doseerpipet om exact de juiste hoeveelheid die u nodig heeft uit de fles te halen.

Instructies voor het openen van de fles en het gebruik van de doseerpipet:

1) De fles heeft een kindveilige sluiting en moet als volgt geopend worden:

  • Druk de plastic schroefdop naar beneden en draai hem tegelijk tegen de wijzers van de klok in.
  • Verwijder de losgedraaide dop.

2) Steek de doseerpipet in de fles. Terwijl u de onderste ring vasthoudt, trekt u de bovenste ring omhoog tot het streepje dat het voorgeschreven aantal ml aangeeft.

3) Haal de hele doseerpipet uit de fles terwijl u de onderste ring vasthoudt. Spuit de doseerpipet leeg in een niet-alcoholische drank door de bovenste ring van de doseerpipet helemaal in te drukken. Drink dit onmiddellijk volledig op.

4) Sluit de fles. Maak de doseerpipet schoon met wat water.

 

Omschakeling van tabletten of drank naar capsules met verlengde afgifte:

Enkel de arts kan beslissen om over te schakelen naar capsules met verlengde afgifte. Volg het advies van de arts.
Neem 's avonds uw laatste dosis van de tabletten of van de drank.
De volgende ochtend neemt u uw eerste dosis van de capsules met verlengde afgifte. Hiervan dient u maar 1 capsule per dag in te nemen.

Wanneer begint het te werken?
Het duurt enkele weken eer het geneesmiddel werkt. Pas na enkele weken tot maanden zal de arts kunnen bepalen of het geneesmiddel zinvol is voor u. De arts kan regelmatig een nieuw onderzoek uitvoeren. Gun het geneesmiddel dus de tijd om te werken.  

Hoelang gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoelang u dit geneesmiddel moet innemen. U zal regelmatig op controle moeten komen bij uw arts om de symptomen te evalueren. 

Kan ik zomaar stoppen?
Stop niet met de inname van dit geneesmiddel zonder doktersadvies. Ook wanneer u zich goed voelt, kunt u best niet stoppen met de inname van dit geneesmiddel. 

Dosis vergeten?
Als u bent vergeten één dosis in te nemen, moet u de vergeten dosis niet meer innemen. Neem uw volgende dosis op de gebruikelijke tijd.

Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Als u meer dan één dosis bent vergeten in te nemen, raadpleeg dan uw arts.  

Teveel ingenomen?

Neem onmiddellijk contact op met uw arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245 245).
Wanneer u niemand kunt bereiken, begeef u onmiddellijk naar de spoedafdeling van het plaatselijke ziekenhuis. Neem altijd de tabletten en de verpakking mee naar het ziekenhuis zodat de arts weet wat u heeft ingenomen.

Na een overdosering kunnen volgende symptomen optreden: ernstige misselijkheid, braken, zwakke spieren, langzame hartslag, stuipen (epileptische aanvallen) en bewustzijnsverlies.

Vraag uw arts en/of apotheker altijd om advies!
Opgelet met

Aandoeningen

U mag dit geneesmiddel niet gebruiken als u lijdt of geleden heeft aan:

  • overgevoeligheid voor galantamine of voor één van de hulpstoffen;
  • een ernstige leveraandoening;
  • een ernstige nieraandoening.


U zou extra voorzichtig moeten zijn met dit geneesmiddel bij:

  • een leveraandoening;
  • een nieraandoening;
  • hartaandoeningen (bv. hartkramp, hartaanval, hartfalen, trage of onregelmatige polsslag);
  • elektrolytenstoornissen (als uw bloedkaliumgehalte te laag of te hoog is);
  • peptisch-ulcusziekte (maag);
  • acute buikpijn;
  • een stoornis van het zenuwstelsel (zoals epilepsie of de ziekte van Parkinson);
  • een ademhalingsaandoening of infectie die de ademhaling bemoeilijkt (zoals astma, obstructief longlijden of pneumonie);
  • wanneer u onlangs een operatie van de darmen of de blaas heeft ondergaan;
  • moeilijkheden bij plassen.

Zwangerschap
Dit geneesmiddel wordt niet aangeraden tijdens de zwangerschap.
Contacteer altijd uw arts bij zwangerschap of wanneer u zwanger wilt worden. 

Borstvoeding
Dit geneesmiddel wordt niet aangeraden tijdens de periode van borstvoeding.  

Autorijden

De ziekte van Alzheimer kan uw vermogen om een voertuig te besturen of een machine te bedienen, beïnvloeden. Oefen deze activiteiten alleen uit als uw arts u zegt dat u hierbij geen gevaar loopt.

Dit geneesmiddel kan duizeligheid of sufheid veroorzaken, vooral tijdens de eerste weken van de behandeling. Als u deze symptomen heeft, mag u niet rijden of gereedschap of machines gebruiken.

Alles eten
U kunt alles eten wanneer u dit geneesmiddel inneemt.

Alcohol
Vermijd alcohol wanneer u dit geneesmiddel inneemt. Het effect van dit geneesmiddel kan verminderen. 

Interacties

Indien u een operatie dient te ondergaan onder verdoving laat u best aan de anesthesist weten dat u dit geneesmiddel inneemt.

Indien u vaak pijnstillers neemt (bijvoorbeeld aspirine, ibuprofen, diclofenac, ...) is het belangrijk dit te melden aan de arts. De gelijktijdige inname met dit geneesmiddel kan het risico op maag- of darmzweren verhogen.

De inname van orale anticonceptie (de pil), bepaalde antibiotica (erythromycine, clarithromycine, ...) en bepaalde schimmelwerende middelen (itraconazole, posaconazol, ...) kunnen de werking van dit geneesmiddel versterken. Laat de arts weten dat u dit geneesmiddel inneemt.

Niet gelijktijdig gebruiken met Sint-Janskruid. Hierdoor zal het geneesmiddel zijn werking verliezen.

Bespreek mogelijke interacties met geneesmiddelen en/of voedingssupplementen die u inneemt met uw arts. Alle mogelijke interacties staan beschreven in de bijsluiter.  

 

Bewaren

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op het doosje en de blisterverpakking na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.

Bewaren beneden 30°C.

Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of het toilet en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

In beeld

Ziekte van Alzheimer

Bekijk de video
Bijwerking

Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen geven. Niet iedereen heeft last van bijwerkingen.

Mogelijke nevenwerkingen zijn:

  • misselijkheid,
  • braken,
  • veranderingen in hartslag,
  • hartkloppingen,
  • verminderde eetlust,
  • gewichtsverlies,
  • duizeligheid of flauwvallen,
  • bevingen,
  • hoofdpijn,
  • hoge bloeddruk,
  • zich zeer moe, zwak of algemeen onwel voelen,
  • slaperigheid,
  • diarree,
  • vallen,
  • meer zweten,
  • spiertrillingen, spierspasmen.

Zet de inname van uw geneesmiddel stop en raadpleeg onmiddellijk een arts als u een van de volgende bijwerkingen krijgt:

  • hartproblemen waaronder veranderingen van de hartslag (trage of onregelmatige hartslag);
  • hartkloppingen (bonzende hartslag);
  • aandoeningen zoals black-out, stuipen;
  • allergische reactie. De symptomen zijn onder meer uitslag, slik- of ademhalingsproblemen, zwellen van de lippen, gelaat, keel of tong.

 

Minder voorkomende bijwerkingen kan u terugvinden in de bijsluiter.

Heeft u last van bijwerkingen die niet op de bijsluiter vermeld staan, neem dan contact op met uw arts of apotheker.

 

Onze beste tips

Dementie: algemeen

  • Spreek op rustige duidelijke toon en benader de persoon met dementie met respect en niet als een kind.
  • Maak oogcontact en maak je bedoelingen met woorden maar ook met gebaren duidelijk.
  • Neem niets uit handen wat hij/zij nog kan. Ook niet wanneer het lang duurt of niet verloopt zoals je het gewend ben (bv. de aardappelen schillen of was opvouwen).
  • Blijf niet doorvragen als hij of zij het niet meer weet. Blijf niet iets stimuleren wat niet kan.
  • Een vaste dagindeling is belangrijk. Doe dingen zoveel mogelijk in dezelfde volgorde en op hetzelfde tijdstip.
  • Neem de gevoelens van je familielid met dementie serieus, als hij verdrietig is over zijn (overleden) moeder, die alsmaar niet thuiskomt, is hij of zij echt verdrietig.
  • Besef het verdriet, de onmacht en soms de ontkenning van familieleden en andere mensen die geen kennis hebben van dementie. Neem voor deze mensen de tijd om ze iets te vertellen over dementie en raadt ze aan om er iets over te lezen.
  • Corrigeren en het geheugen testen vergroot onzekerheid en werkt averechts.
  • Zorg ervoor dat hij/zij niet zelf het huis kan verlaten (speciale sloten, ramen dicht, …). Let erop dat het huis geen gevangenis lijkt. Als de persoon met dementie merkt dat alle ramen en deuren afgesloten zijn kan dat juist tot angst en onrust leiden.
  • Kom niet te abrupt in het waarnemingsveld van een persoon met dementie maar laat je horen en zien voordat u dichterbij komt.
  • Blijf in het gezichtsveld van een persoon met dementie als je tegen hem/haar praat.
  • Leg belangrijke voorwerpen zoals sleutels of portemonnee op een zichtbare plaats.
  • Ga wanen of hallucinaties niet tegenspreken, ontkennen of belachelijk maken. Dit zal snel leiden tot onrust en spanning.
  • Besef dat de persoon met dementie niet met opzet probleemgedrag vertoont. Probeer begrip te tonen.

 

Folder

Ziekte van Alzheimer

AZ St Lucas patiëntenfolder dementie
wat is dementie - kenmerken - cijfers - types - omgaan met - professionele hulpverlening - juridische aspecten
 

CM dementie - als je niet meer weet dat je vergeet
ziektebeelden - wat doet het met ons geheugen - omgaan met gedrag - relationele veranderingen - draafkracht en draaglast - praktische zorg - diensten - rechtsbescherming
Advies verkoop

Galantamine

Ziekte van Alzheimer

Voedingssupplementen:
- omega 3 vetzuren (EPA + DHA)
- vitamine D
- magnesium
- ginkgo biloba

Therapietrouw (Posomind)
ADL - hulpmiddelen (bad, toilet, mobiliteit, eten en drinken,...)
Inschrijven nieuwsbrief dementie
Zorgboek dementie
ZOEHLO ziekte van Alzheimer praktisch

Samenstelling

REMINYL RETARD 16 MG 84 CAPS

De werkzame stof in Reminyl is galantamine. Elke capsule bevat 16 mg galantamine (als hydrobromide).

De andere stoffen in Reminyl zijn:
diëthylftalaat
ethylcellulose
hypromellose
macrogol 400
maïszetmeel
sucrose
gelatine
titaniumdioxide (E171)
zwart ijzeroxide (E172)
schellak
propyleenglycol (E1520)
rood ijzeroxide (E172)

Meer weten?

Ziekte van Alzheimer

Alzheimerliga

informatie - actualiteit- folders en brochures - lid worden
 

Omgaan met dementie

niet pluis gevoel - vragen en gevoelens - wat nu - gedeelde zorg
 

Expertisecentrum dementie Vlaanderen

informatie - vorming - praatcafés - forum
 

Lentis
symptomen en kenmerken - fases - soorten - behandeling - hoe kan ik geholpen worden
 

Contact

chat voor de omgeving en hulpverleners rond de persoon met dementie
 

Stop Alzheimer

stichting - informatie - onderzoek - nieuwsbrief
 

Alzheimer Nederland

informatie - hulp en advies - informatie - onderzoek
 

Hulpmiddeleninfo
info's - demo's
Advies nodig?
Voornaam:
     
Achternaam:
     
Email:
     
Jouw vraag / opmerking:
     
REMINYL RETARD 16 MG 84 CAPS
JANSSEN CILAG
84 capsules die het geneesmiddel geleidelijk vrijgeven
Thumbnail image for /UserFiles/Uploads/images/Products/2217214.jpg
REMINYL RETARD 16 MG 84 CAPS
Thumbnail image for /UserFiles/Uploads/images/Products/2217214.jpg
/UserFiles/Uploads/images/Products/2217214.jpg

Prijs incl. btw: Vermelde prijs is inclusief BTW en onder voorbehoud van prijswijzigingen en of typfouten.

36,20 €
CNK code: 2217214
Beschikbaar
Deskundig advies
Dit geneesmiddel kan niet opgestuurd worden. Voorschriftplichtig
Een voorschrift is noodzakelijk. Dit geneesmiddel kan niet opgestuurd worden. Niet opstuurbaar
Roze capsule met de letters 'G16'Roze capsule met de letters 'G16'.
Meer
Belangrijke informatie
Dit is een geneesmiddel.
Het is enkel op voorschrift verkrijgbaar. Comform de wetgeving kan u het enkel reserveren en in onze apotheek betalen en afhalen. Bedankt voor uw begrip.
Lees ook onze info voor verstandig gebruik van medicatie.
Lees aandachtig de bijsluiter.
  • Dagelijks op hetzelfde tijdstip innemen.
  • Verhoog niet op eigen houtje de dosis als het geneesmiddel minder werkzaam lijkt
  • Behandeling niet plots onderbreken
  • Kan rijgedrag en/of reactievermogen beïnvloeden
  • Niet geven aan kinderen en jongeren onder 18 jaar
  • Alcohol vermijden
Bijsluiter
SKP
Zwangerschap
Specifieke vragen?
Werkzame bestanddelen
16 mg Galantamine (hydrobromide)
Meer info over
Ziekte van Alzheimer

Gebruik

Hoeveel gebruiken?

Als dit geneesmiddel door uw arts is voorgeschreven, respecteer dan de voorgeschreven dosis en de behandelingsduur.

Tabletten:

De gebruikelijke startdosis is tweemaal daags 1 tablet (= 8 mg per dag).
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis bedraagt tweemaal daags 12 mg (= 24 mg per dag).

Capsules met verlengde afgifte:

Neem NOOIT meer dan 1 capsule met verlengde afgifte per dag.
De gebruikelijke startdosis is éénmaal daags 8 mg.
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis bedraagt éénmaal daags 24 mg.
Tijdens het gebruik van de capsules met verlengde afgifte mag u GEEN tabletten of drank innemen van hetzelfde geneesmiddel.

Drank:

De gebruikelijke startdosering is tweemaal daags 1 ml drank (= 8 mg per dag).
Uw arts kan geleidelijk uw dosis verhogen, om de 4 weken of later, tot u een dosis bereikt die voor u geschikt is.
De maximale dosis is tweemaal daags 3 ml drank (= 24 mg per dag).

Hoe gebruiken ?

Tabletten:

Neem uw dosis tweemaal daags in, 's morgens en 's avonds, met water of een andere vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven. Neem het geneesmiddel dagelijks op dezelfde tijdstippen.

Capsules met verlengde afgifte:

Neem NOOIT meer dan 1 capsule per dag. Neem uw dosis éénmaal daags, 's morgens, in met water of een andere niet-alcoholische vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in.
De capsules moeten in hun geheel worden doorgeslikt. De capsules mogen NIET geopend, gekauwd of geplet worden. Neem het geneesmiddel dagelijks op hetzelfde tijdstip.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven.
Tijdens het gebruik van de capsules met verlengde afgifte mag u GEEN tabletten of drank innemen van hetzelfde geneesmiddel.

Drank:

Neem de drank 's morgens en 's avonds in, met water of een andere niet-alcoholische vloeistof. Neem dit geneesmiddel tijdens de maaltijd in. Neem het geneesmiddel dagelijks op dezelfde tijdstippen.
Drink dagelijks voldoende water om gehydrateerd te blijven.
Bij de drank zit een doseerpipet om exact de juiste hoeveelheid die u nodig heeft uit de fles te halen.

Instructies voor het openen van de fles en het gebruik van de doseerpipet:

1) De fles heeft een kindveilige sluiting en moet als volgt geopend worden:

  • Druk de plastic schroefdop naar beneden en draai hem tegelijk tegen de wijzers van de klok in.
  • Verwijder de losgedraaide dop.

2) Steek de doseerpipet in de fles. Terwijl u de onderste ring vasthoudt, trekt u de bovenste ring omhoog tot het streepje dat het voorgeschreven aantal ml aangeeft.

3) Haal de hele doseerpipet uit de fles terwijl u de onderste ring vasthoudt. Spuit de doseerpipet leeg in een niet-alcoholische drank door de bovenste ring van de doseerpipet helemaal in te drukken. Drink dit onmiddellijk volledig op.

4) Sluit de fles. Maak de doseerpipet schoon met wat water.

 

Omschakeling van tabletten of drank naar capsules met verlengde afgifte:

Enkel de arts kan beslissen om over te schakelen naar capsules met verlengde afgifte. Volg het advies van de arts.
Neem 's avonds uw laatste dosis van de tabletten of van de drank.
De volgende ochtend neemt u uw eerste dosis van de capsules met verlengde afgifte. Hiervan dient u maar 1 capsule per dag in te nemen.

Wanneer begint het te werken?
Het duurt enkele weken eer het geneesmiddel werkt. Pas na enkele weken tot maanden zal de arts kunnen bepalen of het geneesmiddel zinvol is voor u. De arts kan regelmatig een nieuw onderzoek uitvoeren. Gun het geneesmiddel dus de tijd om te werken.  

Hoelang gebruiken?
Uw arts zal bepalen hoelang u dit geneesmiddel moet innemen. U zal regelmatig op controle moeten komen bij uw arts om de symptomen te evalueren. 

Kan ik zomaar stoppen?
Stop niet met de inname van dit geneesmiddel zonder doktersadvies. Ook wanneer u zich goed voelt, kunt u best niet stoppen met de inname van dit geneesmiddel. 

Dosis vergeten?
Als u bent vergeten één dosis in te nemen, moet u de vergeten dosis niet meer innemen. Neem uw volgende dosis op de gebruikelijke tijd.

Neem geen dubbele dosis om een vergeten dosis in te halen. Als u meer dan één dosis bent vergeten in te nemen, raadpleeg dan uw arts.  

Teveel ingenomen?

Neem onmiddellijk contact op met uw arts, apotheker of het Antigifcentrum (070/245 245).
Wanneer u niemand kunt bereiken, begeef u onmiddellijk naar de spoedafdeling van het plaatselijke ziekenhuis. Neem altijd de tabletten en de verpakking mee naar het ziekenhuis zodat de arts weet wat u heeft ingenomen.

Na een overdosering kunnen volgende symptomen optreden: ernstige misselijkheid, braken, zwakke spieren, langzame hartslag, stuipen (epileptische aanvallen) en bewustzijnsverlies.

Vraag uw arts en/of apotheker altijd om advies!

Opgelet met

Aandoeningen

U mag dit geneesmiddel niet gebruiken als u lijdt of geleden heeft aan:

  • overgevoeligheid voor galantamine of voor één van de hulpstoffen;
  • een ernstige leveraandoening;
  • een ernstige nieraandoening.


U zou extra voorzichtig moeten zijn met dit geneesmiddel bij:

  • een leveraandoening;
  • een nieraandoening;
  • hartaandoeningen (bv. hartkramp, hartaanval, hartfalen, trage of onregelmatige polsslag);
  • elektrolytenstoornissen (als uw bloedkaliumgehalte te laag of te hoog is);
  • peptisch-ulcusziekte (maag);
  • acute buikpijn;
  • een stoornis van het zenuwstelsel (zoals epilepsie of de ziekte van Parkinson);
  • een ademhalingsaandoening of infectie die de ademhaling bemoeilijkt (zoals astma, obstructief longlijden of pneumonie);
  • wanneer u onlangs een operatie van de darmen of de blaas heeft ondergaan;
  • moeilijkheden bij plassen.

Zwangerschap
Dit geneesmiddel wordt niet aangeraden tijdens de zwangerschap.
Contacteer altijd uw arts bij zwangerschap of wanneer u zwanger wilt worden. 

Borstvoeding
Dit geneesmiddel wordt niet aangeraden tijdens de periode van borstvoeding.  

Autorijden

De ziekte van Alzheimer kan uw vermogen om een voertuig te besturen of een machine te bedienen, beïnvloeden. Oefen deze activiteiten alleen uit als uw arts u zegt dat u hierbij geen gevaar loopt.

Dit geneesmiddel kan duizeligheid of sufheid veroorzaken, vooral tijdens de eerste weken van de behandeling. Als u deze symptomen heeft, mag u niet rijden of gereedschap of machines gebruiken.

Alles eten
U kunt alles eten wanneer u dit geneesmiddel inneemt.

Alcohol
Vermijd alcohol wanneer u dit geneesmiddel inneemt. Het effect van dit geneesmiddel kan verminderen. 

Interacties

Indien u een operatie dient te ondergaan onder verdoving laat u best aan de anesthesist weten dat u dit geneesmiddel inneemt.

Indien u vaak pijnstillers neemt (bijvoorbeeld aspirine, ibuprofen, diclofenac, ...) is het belangrijk dit te melden aan de arts. De gelijktijdige inname met dit geneesmiddel kan het risico op maag- of darmzweren verhogen.

De inname van orale anticonceptie (de pil), bepaalde antibiotica (erythromycine, clarithromycine, ...) en bepaalde schimmelwerende middelen (itraconazole, posaconazol, ...) kunnen de werking van dit geneesmiddel versterken. Laat de arts weten dat u dit geneesmiddel inneemt.

Niet gelijktijdig gebruiken met Sint-Janskruid. Hierdoor zal het geneesmiddel zijn werking verliezen.

Bespreek mogelijke interacties met geneesmiddelen en/of voedingssupplementen die u inneemt met uw arts. Alle mogelijke interacties staan beschreven in de bijsluiter.  

 

Bewaren

Buiten het zicht en bereik van kinderen houden.

Gebruik dit geneesmiddel niet meer na de uiterste houdbaarheidsdatum. Die is te vinden op het doosje en de blisterverpakking na EXP. Daar staat een maand en een jaar. De laatste dag van die maand is de uiterste houdbaarheidsdatum.

Bewaren beneden 30°C.

Spoel geneesmiddelen niet door de gootsteen of het toilet en gooi ze niet in de vuilnisbak. Vraag uw apotheker wat u met geneesmiddelen moet doen die u niet meer gebruikt. Ze worden dan op een verantwoorde manier vernietigd en komen niet in het milieu terecht.

In beeld

Ziekte van Alzheimer


Algemeen

Dit geneesmiddel bevat het actieve bestanddeel galantamine. Galantamine behoort tot de klasse van de geneesmiddelen bij alzheimer (acetylcholinesteraseremmers).

Acetylcholine is een neurotransmitter (chemische stof) van de hersenen die betrokken is bij het doorgeven van informatie naar het centrum van het geheugen, het redeneren en andere denkprocessen. Acetylcholinesterase is één van de bestanddelen die de acetylcholine gaat afbreken wanneer de informatie is doorgegeven.

Galantamine vertraagt de afbraak van acetylcholine door acetylcholinesterase. Hierdoor zal de concentratie van acetylcholine in de hersenen verhogen. Dit zal het functioneren van het geheugen bevorderen.

Uw arts kan dit geneesmiddel voorschrijven voor de behandeling van dementiesymptomen (toenemend geheugenverlies, verwardheid en gedragsveranderingen) bij personen waarbij lichte en matig ernstige ziekte van Alzheimer werd vastgesteld.

Bijwerking

Zoals elk geneesmiddel kan ook dit geneesmiddel bijwerkingen geven. Niet iedereen heeft last van bijwerkingen.

Mogelijke nevenwerkingen zijn:

  • misselijkheid,
  • braken,
  • veranderingen in hartslag,
  • hartkloppingen,
  • verminderde eetlust,
  • gewichtsverlies,
  • duizeligheid of flauwvallen,
  • bevingen,
  • hoofdpijn,
  • hoge bloeddruk,
  • zich zeer moe, zwak of algemeen onwel voelen,
  • slaperigheid,
  • diarree,
  • vallen,
  • meer zweten,
  • spiertrillingen, spierspasmen.

Zet de inname van uw geneesmiddel stop en raadpleeg onmiddellijk een arts als u een van de volgende bijwerkingen krijgt:

  • hartproblemen waaronder veranderingen van de hartslag (trage of onregelmatige hartslag);
  • hartkloppingen (bonzende hartslag);
  • aandoeningen zoals black-out, stuipen;
  • allergische reactie. De symptomen zijn onder meer uitslag, slik- of ademhalingsproblemen, zwellen van de lippen, gelaat, keel of tong.

 

Minder voorkomende bijwerkingen kan u terugvinden in de bijsluiter.

Heeft u last van bijwerkingen die niet op de bijsluiter vermeld staan, neem dan contact op met uw arts of apotheker.

 

Onze beste tips

Dementie: algemeen

  • Spreek op rustige duidelijke toon en benader de persoon met dementie met respect en niet als een kind.
  • Maak oogcontact en maak je bedoelingen met woorden maar ook met gebaren duidelijk.
  • Neem niets uit handen wat hij/zij nog kan. Ook niet wanneer het lang duurt of niet verloopt zoals je het gewend ben (bv. de aardappelen schillen of was opvouwen).
  • Blijf niet doorvragen als hij of zij het niet meer weet. Blijf niet iets stimuleren wat niet kan.
  • Een vaste dagindeling is belangrijk. Doe dingen zoveel mogelijk in dezelfde volgorde en op hetzelfde tijdstip.
  • Neem de gevoelens van je familielid met dementie serieus, als hij verdrietig is over zijn (overleden) moeder, die alsmaar niet thuiskomt, is hij of zij echt verdrietig.
  • Besef het verdriet, de onmacht en soms de ontkenning van familieleden en andere mensen die geen kennis hebben van dementie. Neem voor deze mensen de tijd om ze iets te vertellen over dementie en raadt ze aan om er iets over te lezen.
  • Corrigeren en het geheugen testen vergroot onzekerheid en werkt averechts.
  • Zorg ervoor dat hij/zij niet zelf het huis kan verlaten (speciale sloten, ramen dicht, …). Let erop dat het huis geen gevangenis lijkt. Als de persoon met dementie merkt dat alle ramen en deuren afgesloten zijn kan dat juist tot angst en onrust leiden.
  • Kom niet te abrupt in het waarnemingsveld van een persoon met dementie maar laat je horen en zien voordat u dichterbij komt.
  • Blijf in het gezichtsveld van een persoon met dementie als je tegen hem/haar praat.
  • Leg belangrijke voorwerpen zoals sleutels of portemonnee op een zichtbare plaats.
  • Ga wanen of hallucinaties niet tegenspreken, ontkennen of belachelijk maken. Dit zal snel leiden tot onrust en spanning.
  • Besef dat de persoon met dementie niet met opzet probleemgedrag vertoont. Probeer begrip te tonen.

 

Folder

Ziekte van Alzheimer

AZ St Lucas patiëntenfolder dementie
wat is dementie - kenmerken - cijfers - types - omgaan met - professionele hulpverlening - juridische aspecten
 

CM dementie - als je niet meer weet dat je vergeet
ziektebeelden - wat doet het met ons geheugen - omgaan met gedrag - relationele veranderingen - draafkracht en draaglast - praktische zorg - diensten - rechtsbescherming

Samenstelling

De werkzame stof in Reminyl is galantamine. Elke capsule bevat 16 mg galantamine (als hydrobromide).

De andere stoffen in Reminyl zijn:
diëthylftalaat
ethylcellulose
hypromellose
macrogol 400
maïszetmeel
sucrose
gelatine
titaniumdioxide (E171)
zwart ijzeroxide (E172)
schellak
propyleenglycol (E1520)
rood ijzeroxide (E172)